Met het oog op een recensie ben ik nu De draagbare lichtheid van het bestaan (Uitgeverij Klement, 2008) aan het lezen, een bundel onder redactie van Valerie Frissen en Jos de Mul. In de bundel hebben ze een aantal essays verzameld van jonge promovendi en gepromoveerden over het alledaagse gezicht van de informatiesamenleving.
In de bundel gaat het geregeld over verschuivende verhoudingen: de gebruiker van ICT die tegelijk ontwerper wordt, de consument die tegelijk producent wordt, enz. Met de toenemende ontwikkeling van de techniek, komt die dichter op de huid van de mens en dan is een nauwe verbondenheid tussen ontwerp en gebruik, tussen consumptie en productie steeds belangrijker.
Er zit iets paradoxaals in de ontwikkeling van ICT. Aan de ene kant vinden we het heel gewoon, aan de andere kant lijkt het ons van onszelf te vervreemden. In dat licht vond ik het volgende citaat wel belangrijk. Het is van belang “technologische ontwikkelingen al vanaf hun eerste visionaire stadia van een sociaal-wetenschappelijke en filosofische blik te voorzien, opdat zij te allen tijde begeleid worden door een kritisch bevragende stem” (62).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten