donderdag, december 31, 2009

Een kritisch jaar?

Normaliter schrijf ik in deze weblog over wat ik gelezen heb in de context van mijn werk. Niet alles wat ik lees keert terug op deze weblog, alleen wat ik de moeite waard vind om in het publieke domein te delen. Nu eens een berichtje over wat ik nog moet lezen en wat ik voorneem om volgend jaar te lezen. Met een aanvulling vanuit het kerstpakket van de KNAW (een heuse cadeaubol van bol.com) heb ik deze week het derde deel van de 'drie kritieken' van Immanuel Kant aangeschaft, namelijk de Kritiek van het oordeelsvermogen (Boom, 2009). Ik heb ze nu dus alledrie, maar nog geen daarvan gelezen. Wel heb ik fragmenten (in het Duits) gelezen tijdens mijn studie Filosofie aan de RUG. Ik neem me nu publiek voor om de 'drie kritieken' (dus ook Kritiek van de zuivere rede en Kritiek van de praktische rede) in 2010 integraal te lezen. Na een 'crisisjaar' dus een kritisch jaar?

P.S. Dit is mijn 200e bericht op deze weblog, zowaar een mijlpaal.

maandag, december 28, 2009

Op de virtuele zeepkist

Dit is de titel van het boekje dat het instituut DANS met zijn nieuwjaarskaart verstuurde. Het bevat columns en reacties van de Open Data Speakers Corner, een initiatief in het kader van de van 19-23 oktober jl. gehouden Open Access week. De indeling is goed bedacht, voor iedere werkdag is een invalshoek gekozen: wetenschapsbeleid, datagebruiker, wetenschappelijke bibliotheek, wetenschappelijke uitgeverij, dataproducent. Telkens is er een column met vooraf gevraagde reacties en ook nog enkele online comments.

Het boekje is prettig om te lezen, maar het valt mij op dat er niet echt sprake is van een debat. Een zeepkist veronderstelt stevige stellingnames en dat valt hier wat tegen. Alleen Sijbolt Noorda durft een vergelijking te maken met de tijd van 'apartheid' in Zuid-Afrika. Iedereen is het er eigenlijk wel over eens dat zowel onderzoeksresultaten als onderzoeksdata zo veel als mogelijk open toegankelijk moeten zijn, zelfs de vaak gewraakte wetenschappelijke uitgever.

Conclusie: voor dit onderwerp is geen debat meer nodig en ook geen zeepkist. De vraag is hoe een en ander gerealiseerd kan worden. Daar zijn nog wel stevige debatten over te voeren, lijkt mij. Met een variatie op de beroemd geworden 11e stelling van Marx over Feuerbach: allen die betrokken zijn bij de wetenschap hebben het wetenschappelijke publiceren slechts verschillend geïnterpreteerd, het komt er op aan de wijze van publiceren te veranderen.

maandag, december 14, 2009

Meer dan klantgericht

Afgelopen weekend heb ik maar eens het boek Maak een fan van uw klant (Business Contact 1999) van Ken Blanchard en Sheldon Bowles uit de kast getrokken. Ik heb dit boek eens gekregen bij een congres, maar had het nog steeds niet gelezen. De ondertitel luidt: 'Een revolutie in dienstverlening'. Het Woord vooraf zet de toon: "Succesvolle organisaties hebben één gemeenschappelijk richtpunt: klanten".

Het boek is geschreven in de vorm van een parabel. Een nieuwe districtsmanager krijgt op zijn eerste werkdag te horen dat klanten tevreden zijn omdat ze lage verwachtingen hebben. "Mensen verwachten slechte goederen en onbeschofte service." Hij moet echter geen genoegen nemen met tevreden klanten, maar fans van zijn klanten maken. In het boek krijgt de districtsmanager drie 'magische geheimen' aangereikt om dat te bereiken:
  1. Besluit wat je wilt. Creëer een visie van perfectie, puur gericht op de klant.
  2. Ontdek wat de klant wil, niet alleen de inkoper in een organisatie maar ook de eindgebruiker.
  3. Maak het consequent waar en doe 1 procent meer. Besef daabij dat het niet alleen om het product gaat, maar juist ook om de service.
Het boek is misschien wat gedateerd en typisch Amerikaans, maar bevat wel een kern van waarheid. Goed om daarbij even stil te staan. Aan de andere kant worden klanten steeds veeleisender en dan is de tip goed om alleen dat te beloven wat je kunt waarmaken.

maandag, december 07, 2009

Optimist of pessimist?

Ben je een optimist of een pessimist? Voor mij hangt het ervan af: in een omgeving met vooral pessimisten ben ik optimist en in een omgeving met vooral optimisten ben ik pessimist. Het laatste nummer van Filosofie Magazine van dit jaar is op een aardige manier aan deze vraag gewijd. Je kunt aan de voorkant beginnen, maar ook aan de achterkant - met een eigen paginanummering. Ik begon aan de kant met de sleutels (voor de optimisten dus en niet de kant met het slot).

Enkele bijdragen spraken mij wel aan, bijvoorbeeld uit een lezersbijdrage: "Geloven of denken te weten dat het goed zal aflopen zoals de optimist doet, of juist niet zoals de pessimist, is dwaas. Want het leven is niet maakbaar en loopt meestal anders dan je denkt. Niemand is altijd gelukkig en het lot kan je verschrikkelijk te pakken nemen. Maar waarom zou je daarop vooruit lopen?"

In een ander artikel wordt gewezen op het realistisch optimisme van de door mij zeer gewaardeerde wetenschapsfilosoof Popper: "Een optimisme van piecemeal social engineering. Geen blauwdruk, maar kleine, pragmatische stapjes vooruit, kijkend naar wat in de praktijk haalbaar is, en met het besef dat jouw idealen nooit boven open, democratische procedures kunnen worden gesteld - omdat die idealen te allen tijde moeten kunnen worden weerlegd." Dat is iets waaraan ik ook in mijn werk invulling probeer te geven.